Meer reeën en hazen in Noordoost-Twente: ‘Ze passen zich gemakkelijk aan hun omgeving aan’


ROSSUM - Er gaan geluiden een jachtverbod op hazen in te stellen. Maar in Noordoost-Twente lijkt het aantal hazen te zijn toegenomen. En ook zijn er meer reeën. En dat is goed nieuws, vinden ze bij de wildbeheereenheid.

Het gaat goed met de hazen en reeën in deze regio. Dat constateert René Kempers, de voorzitter van de faunacommissie van de Wildbeheereenheid (WBE) Noordoost-Twente. Dat doet hij op basis van de eerste resultaten van de jaarlijkse telling van wild. Ook met de ganzen en zwanen gaat het goed, zegt hij.

Nog geen exacte getallen
Niet alleen de jagers van de WBE, maar ook wandelaars in het gebied valt de toename van het aantal reeën en hazen op. „De exacte getallen zijn nog niet binnen”, zegt Kempers. „Maar dat de populaties reeën en hazen in vergelijking met voorgaande jaren is toegenomen, dat is wel duidelijk.”

En dat is een positieve ontwikkeling, vindt hij. Kempers: „Je las steeds vaker in het nieuws dat de hazenpopulatie in Nederland slinkt. In Den Haag wilden ze zelfs een jachtverbod afgeven. Maar in het gebied tussen Ootmarsum, Rossum en Denekamp zijn er meer hazen geteld dan in voorgaande jaren. En dat is mooi.”

Cultuurvolgers
De toename is volgens Kempers moeilijk te verklaren. „Ik weet het ook niet precies”, zegt hij. „Wel is het zo dat hazen en reeën zich gemakkelijk aanpassen aan hun omgeving. Het zijn cultuurvolgers, ze komen steeds dichter bij de bewoonde wereld.”

Geen gans te vinden
Ook zwanen en ganzen voelen zich steeds meer thuis in de regio, aldus Kempers. „‘Overzomerende zwanen en ganzen’, zo noemen we die. Veel zwanen en ganzen bleven hier hangen en kregen jongen. Die zijn niet meegegaan in de trek naar het noorden of het oosten.” Een opzienbarende ontwikkeling, vindt hij. „Tien tot vijftien jaar lang was hier in de zomer geen gans te zien, en moet je nu eens kijken.”

Ook telde de lokale jagersvereniging begin april meer kraaien en kauwen. De telgegevens worden door hen ingevoerd in een centrale database. Met behulp van rekenmethodes wordt de maximale dichtheid dat wild kan bereiken in een gebied bepaald.

Ziek, zwak of kreupel
Het tellen van verschillende diersoorten is één van de taken van een WBE. Tellingen worden jaarlijks uitgevoerd om in het voorjaar de aantallen zo goed mogelijk in kaart te brengen. „Het geeft ons een goed beeld van de ontwikkeling van de stand en de conditie van de dieren”, aldus Kempers.

Of het jagen op reeën en hazen hierdoor toeneemt? Kempers: „Schiet maar raak, zo wordt er vaak over ons beroep gedacht. Maar is een dier ziek, zwak of kreupel, dan moet er iets gebeuren. Wij zijn er om de wildstand op peil te houden, op zo’n manier dat het maatschappelijk acceptabel is.”

Bron: Tubantia | 12-04-2021

Terug naar nieuws

De wildbeheereenheid is de vereniging van lokale jachthouders en jagers die uitvoering geeft aan verantwoord en duurzaam wildbeheer.